Zomerziektes bij huisdieren



Home » Zomerziektes bij huisdieren
Reizen met een huisdier

Er zijn van die typische aandoeningen die huisdieren, de hond of de kat, kunnen overkomen in de zomermaanden. We hebben er een aantal voor je op een rij gezet. Een overzicht van zomerziektes, en een waarschuwing vooraf. Voorkomen is altijd beter dan genezen. 

Over de ziekte van lyme, blauwalg, eikenprocessierups, oververhitting, grasaren en vlooien. 

Ziekte van Lyme

Teken veroorzaken de ziekte van Lyme. Tenminste; als de teek de bacterie bij zich draagt die de ziekte van Lyme kan overbrengen. Zodra zo’n teek zich in de huid van de hond of de kat nestelt en daar een lange tijd blijft zitten, is de kans op de ziekte het grootst. Controleer daarom de hond of kat altijd op teken als deze een tijd lang buiten is geweest en vooral als hij door het hoge gras heeft gewandeld. Bij het ontdekken van een teek is het belangrijk die zo snel mogelijk weg te halen met bijvoorbeeld een tekentang. Wordt een teek te laat ontdekt, dan kan dat nare gevolgen hebben. Meer daarover lees je hier

Blauwalg

Blauwalg in stilstaand water is iets wat zich vaak aan het einde van de zomer voordoet als het een tijdje warm is geweest. Het is een bacterie die het huisdier beter niet binnen kan krijgen, maar als je hond een zwemmer is, is de kans daarop zeker aanwezig. Let daarom in de zomermaanden altijd goed op de kleur van het water en op waarschuwingen voor blauwalg via de media. Soms staat het ook aangegeven op een bordje vlakbij het meertje of de poel. Laat dan in geen geval je hond loslopen, want voor je het weet meent hij een verkoelende duik te kunnen nemen en ligt hij in water dat giftige stoffen bevat. Ze kunnen dan binnen een paar uur behoorlijk ziek worden. Wat de symptomen zijn en de gevolgen daarvan, lees je hier

Eikenprocessierups

Soms word je gewaarschuwd voor de eikenprocessierups omdat er linten rond bomen zijn aangebracht waarop de diertjes zich bevinden, maar ook door de lucht verspreidt de rups zijn vele brandharen en die zie je nauwelijks. Het is dus opletten geblazen als de rups is geconstateerd. Ga je met je hond een lange wandeling door het bos maken dan is het raadzaam die delen te vermijden waar de bomen staan en de rupsen zich op bevinden. Behalve jeuk kan de hond er ademhalingsproblemen van krijgen en allerlei andere klachten die zelfs levensbedreigend kunnen zijn. Lees er hier meer over en zorg ervoor dat je hond ver bij die rupsen vandaan blijft. 

Oververhitting

Een hond heeft veel eerder en meer last van de warmte dan mensen. Dat komt doordat een hond niet zo gemakkelijk kan transpireren als een mens. Honden hebben alleen zweetklieren in de voetzolen en dat is bij warm weer een veel te klein oppervlak. Het enige wat een hond dan kan doen, is hijgen. Bij hoge temperaturen ligt oververhitting snel op loer. Vooral als je een hond in een auto meeneemt. De temperatuur kan in een auto razendsnel oplopen. 

Als een hond te lang in de warmte is, kunnen lichaamseiwitten gaan stollen. Het gevolg is dat het bloed stroperig wordt en het hart kan het nauwelijks nog aan om dit rond te pompen. Vitale organen ontvangen te weinig bloed en kunnen uitvallen. De hond wordt sloom of raakt in paniek. Uiteindelijk volgen een coma en de dood. Dat is natuurlijk het slechtste scenario, maar het komt jaarlijks nog voor dat honden in auto’s worden achtergelaten terwijl de zon er vol opstaat met alle gevolgen van dien. Het mag duidelijk zijn dat je geen enkel risico moet nemen op warme dagen. Laat je hond niet in de auto achter (ook niet in een tent of andere afgesloten ruimte). Ook niet met een raampje op een kier en ook niet voor ‘eventjes’. 

Laat een hond ook niet midden op de dag uit als het warm is en ga niet met hem fietsen. De hond kan zelfs zijn voetzolen verbranden aan warme tegels of heet zand. Zorg dat het dier binnen of buiten op een schaduwplek kan liggen, op een plek waar het koel is, en zorg altijd voor vers (niet te koud) water. Vermijd muilkorven of snuitbandjes als het warm is, want dan kan een hond niet hijgen en daarmee zijn temperatuur reguleren en ventileren. Koeljasjes of een koele handdoek kunnen de ergste warmte tegengaan. 

Grasaren

Langs de weg tref je soms grasaren aan. Als je hond of kat door de berm struint waar die aren groeien, kunnen ze in de huid blijven steken. Vooral omdat ze scherp zijn en haakjes hebben, kunnen ze zelfs de huid binnendringen. Ze worden niet voor niets kruipers genoemd. In de oren, tussen de tenen en in het oog of via de neus kunnen ze binnendringen en kruipen steeds verder het lichaam in. Een pijnlijke infectie kan het gevolg zijn. Kun je de aar er zelf niet uithalen dan is een bezoek aan de dierenarts noodzakelijk. Hoe je ziet of een aar het dier dwarszit? De hond of kat schudt steeds met zijn hoofd, krabt aan zijn oor of wrijft bij zijn oog, of hij niest of hoest veel. Voorkomen is beter dan genezen. Controleer na een zomerse wandeling onder andere de vacht, oren en ogen van de hond, en ook van de kat, op de aanwezigheid van aren. Hoe eerder je erbij bent, hoe beter.  

Vlooien

Kom je na je vakantie terug in huis, zit het er onder de vlooien. De buurvrouw heeft de kat wel goed verzorgd, maar gestofzuigd is er niet. De kat is ook niet gekamd en daar zit je dan, met een huis en huisdier vol kleine jeukbeestjes. Je kunt ze zelfs onder je schoen mee naar binnen nemen, dus soms heb je geen idee hoe je aan die vlooien komt. Je bent niet de eerste die dit overkomt. Vlooien gedijen goed bij warmte en vervolgens in harige vachten van hond of kat, en dus ook in het vloerkleed of de vloerbedekking. Omdat ze zo klein zijn is het lastig om het beestje met het blote oog te zien. De meeste mensen merken pas iets van een vlooienplaag als een kat of hond zich vaker krabt dan normaal. Wat je eraan kunt doen is (alles wat stoffig is) goed stofzuigen, en alles waar de hond of kat op ligt op minimaal 60 graden in de wasmachine wassen. Vraag de dierenarts naar een gericht vlooienmiddel voor de hond of de kat. Kam de vacht van de hond of de kat zeer regelmatig goed door. Blijf controleren en kam de beestjes en zeker de eitjes ervan weg. Net zolang totdat jij er vanaf bent, en de hond en de kat zeker.