Gebitsproblemen bij honden komen veel voor, vooral het tegengaan van de vorming van tandplak en tandsteen kan veel ellende voorkomen.
Een pup wordt geboren zonder tanden en kiezen, pas vanaf de derde week komen de eerste tanden door, het melkgebit. Tussen de 3-7 maanden start het wisselen van naar het blijvende gebit dat uiteindelijk zal bestaan uit 12 snijtanden, 4 hoektanden en 26 kiezen. De uitzondering op deze ontwikkeling zijn de achterste kiezen, deze wisselen niet.
Kittens worden tandeloos geboren. Na 2-4 weken komen de eerste tandjes door en begint het melkgebit zich te vormen. Tussen de 3-5 maanden wisselt het melkgebit naar het blijvende gebit. Het blijvende gebit bestaat uit 12 snijtanden, 4 hoektanden, 14 kiezen.
Voorkom vorming van tandsteen en tandplak
Onderhouden van het blijvende gebit is enorm belangrijk. Net als bij mensen is het voorkomen van tandplak en tandsteen belangrijk om zo tandvleesontstekingen tegen te gaan en het gebit te behouden. Om dit te voorkomen is het belangrijk om het gebit regelmatig te laten reinigen, dit kan door zelf dagelijks te poetsen of door een professionele reiniging te laten uitvoeren door een dierenarts. Voeding en speeltjes waar goed op gekauwd wordt, kunnen meehelpen om tandplak te voorkomen.
Neem contact op bij deze gebitsproblemen
- Afwijkende stand
De meest voorkomende gebitsproblemen bij honden is een afwijkende stand van het gebit. De meeste hondenrassen hebben een scharend gebit, de ondersnijtanden raken net de achterkant van de bovensnijtanden. De onderhoektanden liggen voor de bovenhoektanden. De kiezen wisselen elkaar onder en boven af. Een afwijkende stand kan ontstaan door een onder- of bovenbeet, of door het niet goed wisselen van het melkgebit. Vooral in de groeifase is het belangrijk om het gebit hier goed op te controleren.
- Afgebroken tand
Het komt regelmatig voor dat na een potje stoeien met een pup of andere kitten (denk aan het uit de bek trekken van een speeltje of doek), een hoektand afbreekt. Dat is dan weliswaar een melktand, maar het gevolg is dat het wortelkanaal bloot kan komen te liggen, waardoor bacteriën vrij spel hebben en zo vervelende ontstekingen kunnen creëren en zelfs schade kunnen brengen aan de blijvende tand.
- Verkleuring van tand of tandvlees
Verkleuring van tanden kan komen door een trauma en zorgt ervoor dat het gebit minder wit is, soms komt een verkleuring door een ziekte. Het is belangrijk daar alert op te zijn, hetzelfde geldt voor de kleur van het tandvlees. De kleur hoort roze te zijn. Is het tandvlees echter rood, gezwollen en stinkt het dier uit zijn bek, dan kan het zo zijn dat het tandvlees ontstoken is. Een behandeling is dan noodzakelijk om verdere ontstekingen te voorkomen en om het gebit te behouden. Hoe langer er gewacht wordt, hoe groter de kans is dat er tijdens de reiniging elementen moeten worden getrokken, omdat deze dusdanig zijn aangetast door het vele tandsteen.
- Afgesleten tanden
Ouder wordende dieren kunnen afgesleten tanden hebben door het vele knagen en kauwen op speeltjes en dergelijke. Als de wortelholte niet openligt, wat tijdens een reiniging kan worden bepaald door een röntgenfoto, dan kan het zo blijven.