Deze maand april besteden we aandacht aan de mogelijke gevolgen van een tekenbeet voor een hond. De ziekte van Lyme, Babesiose en Ehrlichia. In deze blog vertellen we over de gevolgen en de behandeling van Babesiose.
Teken kunnen verschillende ziektes overbrengen zoals ziekte van Lyme, Babesiose en Ehrlichia. Het tekenseizoen wordt meestal na de maand maart aangekondigd, maar de diertjes worden al actief als de temperatuur boven de 7 graden komt. Dat betekent dat een groot deel van het jaar teken aanwezig zijn en ziekten kunnen overbrengen.
Een teek draagt niet per se een ziekte met zich mee en draagt dit over, maar als het kleine dier bepaalde bacteriën bij zich draagt en zich vol zuigt met bloed via de huid van de hond, kan tegelijkertijd het speeksel van het diertje in de bloedbaan van de hond terecht komen. Hoe langer een teek blijft zitten, hoe groter de kans is dat dat gebeurt.
Babesiose
Het is de bloedparasiet Babesia die de tekenziekte Babesiose kan veroorzaken. Bij Babesiose vernietigt de parasiet rode bloedcellen. De parasiet vermenigvuldigt zich in de rode bloedcel die hierdoor kapot kan gaan en vervolgens raakt een andere bloedcel besmet. Zo breidt de ziekte zich uit. Babesiose kan ook worden overgebracht van teef op pup, door bloedtransfusie en door bijtwonden.
De teek die deze ziekte kan overbrengen, met name de Babesia Canis Canis, leeft vooral in warme landen in Zuid-, Midden en Oost-Europa. Tijdens een vakantie in Spanje of Frankrijk kan de hond besmet raken. Er zijn meer Babesia soorten die minder vaak voorkomen zoals de Babesia Canis Vogeli (Europa) en de Babesia Gibsoni (Azië).
Symptomen
Raakt een hond geïnfecteerd dan kan hij koorts krijgen, sloom worden en minder tot niets willen eten. Honden gaan overgeven en plassen rode urine. Er kan geelzucht, maagdarmklachten en nierfalen ontstaan. De hond kan ook in een shock raken. Deze acute verschijnselen kunnen zich binnen een tot drie weken na de infectie voordoen.
Soms is er sprake van (blijvende) chronische klachten zoals sloomheid, gewrichts- en spierontstekingen, en bloedarmoede. De hond kan ook regelmatig koortsig zijn, wat veelal een teken is dat hij de ziekte al tijden bij zich draagt.
Diagnose
Bloedonderzoek kan vanaf twee weken na de besmetting antistoffen in het lichaam aantonen. De parasiet zit in een bloedcel en is onder een microscoop zichtbaar. Ook een pcr-onderzoek kan de besmetting aantonen. Deze test, de polymerase chain reaction test, is een snelle en nauwkeurige test om uit kleine hoeveelheden genetisch materiaal virussen, bacteriën en parasieten aan te tonen.
Behandeling
Als de parasiet is geconstateerd moet deze gedood worden. Dat gebeurt door middel van een injectie. Deze injectie is voor honden best pijnlijk en kan ook flink wat bijwerkingen geven zoals benauwdheid, kwijlen, overgeven en diarree. De hond kan tegen deze bijwerkingen medicatie krijgen.
Heeft de hond klachten en is nog niet vastgesteld dat het om Babesiose gaat, dan kan de dierenarts besluiten om medicatie te geven die ook bij andere tekenziektes wordt ingezet zoals tegen Ehrlichia omdat die kan worden overgebracht door dezelfde teek.
Als de hond erg ziek is, zijn soms een bloedtransfusie of een infuus nodig.
Voorkomen
Een hond kan altijd een teek oplopen. Daarom is het belangrijk om na een flinke wandeling een hond op teken te controleren, vooral als hij door struiken en het hoge gras heeft gerend. Een teek die lang op de huid blijft zitten, kan ziekten overbrengen. Hoe meer tijd het diertje daarvoor krijgt, hoe groter de kans. Wees er daarom snel bij en verwijder de teek met een speciale tang of kaart.
Zo verwijder je een teek
- Pak de teek zo dicht mogelijk bij de huid op. Knijp er niet in.
- Trek met een pincet of tekentang de teek voorzichtig recht uit de huid.
- Ga niet met alcohol of olie aan de gang als de teek er nog in zit. Het belangrijkste is de teek volledig te verwijderen en houdt daarna de plek gewoon nog even goed in de gaten.
Wie geen teek kan vinden, maar bepaalde symptomen bij de hond treft die op een ziekte ten gevolge van een tekenbeet kunnen duiden, kan het beste zo snel mogelijk de dierenarts raadplegen.