Huidproblemen bij konijnen kunnen leiden tot jeuk, kale plekken en ontstekingen. Vaak gaat het dan om schimmels of parasieten. Parasieten zijn (onder andere) ectoparasieten wat betekent dat ze leven van hun gastheer. Uitwendige parasieten zoals mijten zijn daar een voorbeeld van. Die leven op de huid of in het oor van het konijn: vachtmijten en oormijten.
Vachtmijten
Vachtmijten blijven op de huid van het konijn zitten en zijn goed te zien als je wat haren opzijschuift. In dure woorden heet deze mijt ook wel Cheyletiella parasitovorax. Bij konijnen komt ook de Listrophorus gibbus en de Leoparacarus gibbus als vachtmijt voor.
De vrouwelijke mijten leggen eitjes in de vacht. Deze vrouwtjesmijten kunnen zo’n tien dagen in de omgeving van het konijn overleven, en al die tijd kunnen ze de eitjes op de vacht achterlaten. De eitjes zitten vast aan de haren en groeien uit tot nimfen en vervolgens tot volwassen mijten. Dat gebeurt binnen twee tot drie weken.
Hoe weet je of er sprake is van vachtmijten?
Vaak heeft het konijn het niet in de gaten, soms kriebelt het een klein beetje. Het kan echter ook echt gaan jeuken waardoor er door het krabben kale plekken in de vacht ontstaan.
Soms kan met het blote oog al worden vastgesteld dat het om vachtmijten gaat, maar als je het zeker wilt weten kan een dierenarts het onder een microscoop nog beter bekijken.
Wat kan er tegen vachtmijten worden gedaan?
Er bestaan medicijnen tegen deze mijten die met een pipetje op de vacht van het konijn kunnen worden gedruppeld. Dat moet soms wel twee keer in korte tijd gebeuren. Deze behandeling moet vaak herhaald worden en het is belangrijk dat alle dieren in het hok worden behandeld. Ook de omgeving en het hok moet goed gereinigd worden.
Oormijten
Bij konijnen doen zich ook oormijten voor. Deze hebben de naam Psoropes cuniculi. Deze kunnen voor behoorlijk wat jeuk zorgen.
Deze mijten kunnen buiten het konijn zo’n drie weken overleven. In diezelfde tijd groeit een eitje uit tot een volwassen mijt.
Hoe weet je of er sprake is van oormijt?
Een konijn met oormijt schudt met zijn kop, krabt aan zijn oren en soms is er roodheid op de huid van het oor zichtbaar. Ook tref je wel dikke korsten aan de binnenkant van het oor aan, die het gevolg zijn van opgedroogd wondvocht. Doordat dit warm en broeierig raakt, gedijen de mijten daar goed.
In het ergste geval kan het trommelvlies scheuren en er een middenoorontsteking ontstaan. Ook kan de infectie zich uitbreiden naar buiten het oor.
De dierenarts kan met een otoscoop de oormijt vaststellen. Soms neemt de arts wat oorsmeer af en bekijkt dit onder een microscoop.
Wat kan er tegen oormijt worden gedaan?
Tegen de bestrijding van oormijt wordt vaak gekozen voor oordruppels of druppels in de nek, net als bij vachtmijt. Soms is een antibioticakuur nodig om de infectie tegen te gaan. De eventuele korsten aan de binnenkant van het oor gaan meestal vanzelf weg. Moeten ze worden weggehaald dan moet dat voorzichtig gebeuren omdat het oor dan alsnog beschadigd kan raken en het kan ook voor het konijn pijnlijk zijn. Doe dat dan ook niet zomaar. Het is ook noodzakelijk om het hok en de omgeving schoon te maken omdat de mijten drie weken buiten het konijn in leven blijven. Andere dieren die in contact komen met het konijn en in de buurt van het konijnenhok zijn, moeten ook behandeld worden.