Hondsdolheid komt op dit moment in Nederland niet voor. Toch gaan er wereldwijd nog veel honden (en mensen) dood aan dit virus. In Nederland is voor het laatst in 2012 een hond met hondsdolheid aangetroffen in Nederland. Deze hond moest men in laten slapen. Hoewel hondsdolheid niet voorkomt in Nederland is het dus niet onmogelijk dat het opnieuw de kop op steekt. Wanneer je hondsdolheid bij een dier vermoedt ben je verplicht dit te melden aan Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit. Maar wat is hondsdolheid nou precies en hoe herken je het?
Wat is hondsdolheid
Hondsdolheid is een dodelijke infectieziekte die wordt veroorzaakt door een virus. Het wordt ook wel rabiës genoemd. Hondsdolheid komt voor bij honden, katten, vleermuizen en vossen en wordt overgebracht door het speeksel. Mensen krijgen de besmetting dan ook meestal wanneer zij gebeten worden door een dier met rabiës. Mensen en dieren uit Nederland die een rabiës besmetting hebben, lopen deze eigenlijk altijd in het buitenland op. Met name in Oost-Europa en Azië komt de ziekte nog veel voor. Een infectie met hondsdolheid heeft bijna altijd een dodelijke afloop.
Hoe herken je hondsdolheid bij een hond
Een hond kan hondsdolheid oplopen van een met hondsdolheid besmet dier door een beet of lik. Het is nog niet zo eenvoudig om hondsdolheid direct te herkennen omdat het verloop van de ziekte niet bij iedere hond hetzelfde is. Daarnaast is de incubatietijd zo’n twee tot acht weken. Ook zijn er twee verschillende soorten hondsdolheid, met verschillende symptomen.
Symptomen hondsdolheid
Hoewel niet elke hond met hondsdolheid dezelfde symptomen vertoont zijn er symptomen waar je op kunt letten. Een hond met hondsdolheid voelt zich niet lekker, krijgt koorts en kan vermageren. Ook is er vaak sprake van slik- en ademhalingsproblemen, omdat ze erg last van hun keel en slokdarm krijgen laten ze hun water vaak links liggen of vertonen angstig of agressief gedrag tijdens het drinken. Ook kunnen ze moeite hebben om hun speeksel binnen te houden. Het meest opvallende kenmerk is dat hun gedrag kan veranderen. De hond kan verward lijken, alsof hij er ineens niets meer van begrijpt en niet weet waar hij is of heengaat. Een hond die normaal gesproken heel lief is kan ineens agressie vertonen en mensen aanvallen. Het lijkt dan alsof hij plotseling een ander karakter heeft gekregen. Hij wordt onrustig en kan zonder reden happen naar alles wat bij hem in de buurt komt. Al zijn zintuigen komen op scherp te staan waardoor aanraking, geluid en licht al snel te veel is. Daardoor kunnen ze er ineens vandoor gaan en weigeren terug te komen of zich ergens verstoppen waar ze minder prikkels ervaren. Aan het einde van het ziektebeeld kan de hond steeds minder goed eten en drinken omdat zijn spieren in de keel en kaal verlammen. Dit zorgt ervoor dat de hond nog verder verzwakt en verward raakt. Uiteindelijk zal hij steeds minder zuurstof binnen krijgen en helemaal verlamd raken voor hij dood gaat.